Bossen van toen, bossen van nu
Willen we de gevolgen van klimaatsverandering beperken dan moeten we het ook goed doen! Laten we even pauzeren voordat we catastrofale keuzes maken.
Door Jasmijn Sijbenga
In een recent artikel op Nu.nl komt Rolf Schuttenhelm na gesprekken met Nederlandse ecologen tot de conclusie: “De zogeheten ‘bossenstrategie’ heeft een kokervisie op CO₂, waardoor niet wordt gekeken naar gebiedseigen soorten en het verlies van unieke biodiversiteit zelfs versnelt.”
Voor mijn promotie onderzoek werkte ik samen met Forestry and Land Scotland (het “Schotse Staatsbosbeheer”) en adviseerde ik hen over de natuurlijke bossamenstelling in het noorden van Schotland. Hierbij keek ik niet alleen naar de laatste 20 jaar van een bosontwikkeling, maar zelfs naar de laatste 10.000 jaar: bossen zijn namelijk eeuwenoude structuren en systemen en ontwikkelen zich dan ook door de eeuwen heen.
Om natuurlijke bossen echt te begrijpen moet je dus kijken naar deze eeuwenlange ontwikkeling. Uit dit onderzoek wordt geconcludeerd dat er maar een paar soorten als inheems kunnen worden beschouwd in dit gebied, maar blijkt ook dat in periodes van (kortstondig) klimaatverandering in het verleden (bv. 9400, 8200 4200 en 500 jaar geleden) de natuurlijke bossen die aanwezig waren zich uitermate goed konden herstellen.
Zulke onderzoeken zouden ook gebruikt moeten worden in Nederland: welke bomen moeten waar groeien zodat ze de beste kansen krijgen voor én het klimaat én de biodiversiteit. Bossen zijn sterker dan we denken, maar ze moeten wel de kans krijgen om zelf verder te kunnen ontwikkelen. Deze kans krijgen ze niet als ze worden weggeconcurreerd door bomen die worden bijgeplant, maar die niet in die regio’s en bostypen thuishoren.
Een gezond bos zorgt voor een gevarieerde biodiversiteit en wij als mensen kunnen de bossen zeker een handje helpen, maar laten we wel even pauzeren voordat we catastrofale keuzes maken waarmee we de natuur en ons klimaat zeker niet helpen.